Laodicea (2)

18 Daarom raad ik u aan: koop van mij goud dat in het vuur gelouterd is, en u zult rijk zijn; witte kleren om u te kleden en uw naaktheid te bedekken, zodat u zich niet meer hoeft te schamen; zalf voor uw ogen, zodat u weer kunt zien. (Openbaring 3:18)

Vijf van de zeven gemeenten krijgen een correctie. Dit is niet omdat Jezus zo’n zeurpiet is maar omdat Jezus zoveel van hen houdt. Zijn liefde is sterk en net als een vader verlangt Hij naar het beste voor de gelovigen. In Laodicea stipt Jezus drie punten aan.

Deze drie beelden staan in contrast met de wereldse betekenis. Het was een rijke stad, het centrum van banken, kleding (linnen) en medicijnen. Maar Jezus gebruikt deze welvaart om duidelijk te maken dat hun hart ergens anders is dan het werkelijke evangelie.

U beseft niet hoe ongelukkig u bent, hoe armzalig, berooid, blind en naakt. (Openbaring 3:17b)

Hoe erg moet dit zijn voor een volgeling van Jezus om dit uit de mond van Jezus te horen. Ze beseffen niet eens hun positie. Maar de omschrijving die Jezus van hen geeft is meer realistisch dan hun zelfbeeld. Zij weten zichzelf gezegend door God in rijkdom, maar Jezus ziet een armoede in hun geest.

En zoals Jezus Zich openbaart aan deze gemeente, is Hij degene die het echt weet. Ze zijn niet rijk, maar arm. Ze hebben geen inzicht, maar zijn blind. Ze hebben geen status, maar zijn naakt.

En nog steeds zijn deze woorden, hoe hard ze ook zijn, woorden van liefde. Want in vers 18 reikt Jezus de hand. ‘Kom bij mij en koop van mij het goud.’ Dit goud staat voor andere zegeningen, de zegeningen van rechtvaardigheid. Daden die gelouterd zijn in het vuur van het altaar. Dit is de rijkdom die Jezus ons wil geven.

De witte kleren van heiligheid. De schaamte van de zonden wordt weggenomen. Ze zullen stralen van rechtvaardigheid en puurheid. En de zalf voor hun ogen, zodat ze weer de waarheid kunnen zien. De leugen van het luxe leven had de ogen vertroebeld maar nu kunnen ze weer zien.

Laat de woorden van Jezus niet aan je voorbij gaan. Hij heeft ons lief en wil ons in onze gebrokenheid helpen. Vaak denken we het niet nodig te hebben want we voelen ons gezegend door God. Maar laat Jezus zijn diagnose eens geven, en Zijn medicijnen voorschrijven.

This entry was posted in 66 Openbaring. Bookmark the permalink.