Zeker weten

14 En ik zag, en zie, een witte wolk, en op de wolk zat Iemand  als een Mensenzoon, met op Zijn hoofd een gouden kroon en in Zijn hand een scherpe sikkel. 15 En een andere engel kwam uit de tempel en riep met luide stem tegen Hem Die op de wolk zat:  Zend Uw sikkel en maai, want het uur om te maaien is nu gekomen, omdat de oogst van de aarde geheel rijp is geworden. 16 En Hij Die op de wolk zat, zond Zijn sikkel op de aarde, en de aarde werd gemaaid. (Openbaring 14:14-16)

Er komt een moment dat de oogst geheel rijp is. Het uur om te maaien is dan gekomen. De grote dag van het oordeel is dan gekomen om alles op een rijtje te zetten en de daden worden dan beoordeeld. Hoofdstuk 14 laat eigenlijk het verhaal van de volgelingen van Jezus zien. Dit hoofdstuk voelt als een verlichting in de duisternis. Waar satan probeert alles kapot te maken is het Jezus die Zijn broers en zussen sterkt in hun geloof.

Wij moeten volharden in de kracht van God. Want dan komt deze tijd waarin de oogst rijp is. En wij moeten het zeker weten.

17 En een andere engel kwam uit de tempel, die in de hemel is, en ook hij had een scherpe sikkel. 18 En weer een andere engel kwam bij het altaar vandaan, en die had macht over het vuur. En hij riep met luide stem tegen hem die de scherpe sikkel had, en zei: Zend uw scherpe sikkel en oogst de trossen van de wijnstok van de aarde, want de druiven ervan zijn rijp. (Openbaring 14:17,18)

In deze tijd zal er ook iets anders rijp zijn, de daden van de wereld. De druiven zijn de daden van het kwaad en die zullen ook geoogst worden. In zovele psalmen klaagt de psalmist over het feit dat de zondaars het goed lijken te hebben. Maar we moeten een ding zeker weten, de daden van de wereld zullen ook worden geoogst als ze rijp zijn.

19 En de engel zond zijn sikkel op de aarde en oogstte de druiven van de wijnstok van de aarde, en wierp die in de grote wijnpersbak van  de toorn van God. 20 En  de wijnpersbak werd getreden buiten de stad, en er kwam bloed uit de wijnpersbak, tot aan de tomen van de paarden, zestienhonderd stadiën ver. (Openbaring 14:19,20)

De christenen hebben onze religie zo lief gemaakt, God zo kinderlijk gemaakt. God zou dit of dat toch niet doen, Hij is zo’n goedaardige man. Gods toorn zal rijkelijk vloeien, Hij zal elke daad belonen. Het kwaad zal worden geoogst, het zal worden vertrapt in de toorn van God.

Waarom zou Jezus dit ons nu willen laten weten? Omdat het de waarheid is en wij er uit zullen handelen. Wij zullen hieruit de kracht ontvangen om te volharden. De angst om te vallen voor het kwaad en daardoor te zullen vallen voor de toorn van God, zal ons sterk moeten houden in ons leven.

Deze verzen zijn niet bedoeld om heidenen mee om de oren te slaan, ze zijn er voor ons zodat wij het zeker weten en daarin volharden.

This entry was posted in 66 Openbaring. Bookmark the permalink.