Vijandig gebied

8 Wees nuchter en waakzaam; want uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden. (1 Petrus 5:8)

Wij hebben geen Christen-vervolging in Nederland, wij leven in een relatief veilig gebied. Wij staan niet op met de angst dat mensen ons huis zullen verbranden of dat ze ons willen martelen. Wij voelen ons zelfs gezegend dat wij zo veilig mogen leven.

Maar waarom zou de duivel ons nu met rust laten? Waarom gaat de duivel hier niet rond als een brullende leeuw, op zoek naar mensen die hij kan verslinden. Volgens mij gaat de duivel hier heftiger te keer dan wij ons kunnen indenken. Zijn streken zijn listig en hij zal nooit ophouden om onze zwakke plek te vinden.

33 maar Hij keerde Zich om en terwijl Hij Zijn discipelen aankeek, bestrafte Hij Petrus en zei: Ga weg achter Mij, satan, want u bedenkt niet de dingen van God, maar die van de mensen. (Markus 8:33)

Bij Petrus kunnen we duidelijk zien hoe subtiel de leugens van de duivel zijn. Het ene moment wordt hij geprezen door Jezus om zijn belijdenis het andere moment wordt hij terecht gewezen om de leugen. In het bijbelboek Matheus wordt Petrus nog verteld dat de Vader hem deze belijdenis heeft geopenbaard. Maar als Petrus dan de leugen van de duivel accepteert, doorziet Jezus dat het van de duivel komt.

Zijn wij hier ons van bewust, of gebruiken wij de woorden van God en de woorden van de duivel ook door elkaar?

32 En dit woord sprak Hij vrijuit. En Petrus nam Hem apart en begon Hem te bestraffen (Markus 8:32)

Op het moment dat Petrus de woorden sprak tegen Jezus, zal hij er van overtuigd zijn geweest dat het goede woorden zijn. Want het negatieve verhaal dat Jezus nu verteld dat kan niet goed zijn.

De leugens van de duivel zijn subtiel, ze klinken goed, beter dan de woorden van God. Volgens mij leven wij in een overvloed van leugens in ons mooie vaderland. Volgens mij zijn wij niet veilig in het land waar het woordje respect niet van God komt, maar van de duivel.

This entry was posted in 41 Markus, 60 1 Petrus. Bookmark the permalink.