Godsdienst

Jakobus 1

25 Hij echter die zich in de volmaakte wet verdiept, die van de vrijheid, en daarbij blijft, die zal, omdat hij niet een vergeetachtig hoorder geworden is, maar een dader van het werk, zalig zijn in wat hij doet. 26 Als iemand onder u denkt dat hij godsdienstig is, en hij zijn tong niet in toom houdt, maar zijn hart misleidt, dan is zijn godsdienst zinloos. 27 De zuivere en onbevlekte godsdienst voor God en de Vader is dit: wezen en weduwen bezoeken in hun verdrukking en zichzelf onbesmet bewaren van de wereld. (Jakobus 1:25-27)

Godsdienst kan zinloos zijn. En volgens mij is dat de boodschap die de kerk van vandaag moet horen. Jakobus heeft een praktische brief geschreven. Waar andere brieven van Paulus vol staan van onze geestelijke positie in Jezus, is de brief van Jakobus een evaluatie om de vrucht van onze geestelijke positie te controleren.

We kunnen wel heel godsdienstig zijn en alles in het werk stellen om zoveel mogelijk godsdienstig te lijken, maar Jakobus legt de vinger op de zere plek. Het gaat niet om uiterlijk vertoon, onze kleding doet er niet toe en onze trouw aan de kerkgang is ook geen maatstaf. Want als het daarom draait dan is godsdienst zinloos.

Maar als wij ons werkelijk gaan verdiepen in een leven met God, zal de vrucht van dat leven zichtbaar zijn. Zichtbaar in een heilig leven, onbesmet in deze wereld en een leven tot dienst van de verdrukten. Want deze twee dingen leven in het hart van God. Hoe vaak bezingt een psalmist niet dat God omkijkt naar de verdrukten, naar hen die hulp nodig hebben.

Godsdienst kan een groot kwaad zijn, de kruistochten, andere oorlogen. Als godsdienst niet geboren is uit een verlangen om God te kennen en te dienen is het zinloos. Maar zij die zoeken naar het hart van God in Zijn wet zullen iets heel anders vinden. Zijn vinden een leven in vrijheid en liefde. Zij vinden een godsdienst, die draait om Gods heerlijkheid in ons leven geopenbaard.

Godsdienst is een actieve zoektocht naar het koninkrijk van God. We zoeken en verlangen naar het hart van God in ons leven, naar Zijn hart in de wet. Niet ons geld, niet ons werk, niet ons gezin moet op de eerste plaats staan, maar onze zoektocht naar het hart van God. Dat is godsdienst.

This entry was posted in 59 Jakobus. Bookmark the permalink.