Geloof in Zijn werken

Handelingen 22

11 En omdat ik door de glans van dat licht niets meer kon zien, werd ik bij de hand geleid door hen die bij mij waren, en zo kwam ik in Damascus. 12 En een zekere Ananias, een godvrezend man, die leefde volgens de wet en met een goed getuigenis van alle Joden die daar woonden, 13 kwam naar mij toe, ging bij mij staan en zei tegen mij: Saul, broeder, word weer ziende! En op hetzelfde moment werd ik ziende, en zag hem. 14 En hij zei: De God van onze vaderen heeft u voorbestemd om Zijn wil te kennen en de Rechtvaardige te zien en de stem uit Zijn mond te horen, 15 want u moet voor Hem bij alle mensen getuige zijn van wat u hebt gezien en gehoord.  (Handelingen 22:11-15)

Het is alsof Paulus zijn hoorders wil laten weten dat hij geen andere keuze had. Als je zo voor het blok wordt gezet door God dan is er geen andere weg dan gehoorzamen. En daar heeft Paulus gelijk in, als we God echt vrezen dan is zo’n confrontatie genoeg om de weg die we bewandelen te wijzigen.

De echte jood onder de hoorders moet dit aangrijpen, want dit is waarin een jood leeft, de werkelijkheid van Gods hand in het leven van de mensen. Want zo zit het hele oude testament in elkaar, Gods werken en woorden in de geschiedenis van dit volk. De jood die God echt wil dienen neemt geen genoegen met een leuk praatje over de liefde van God.

Eigenlijk zouden wij ook zo’n instelling moeten hebben in het leven. We kunnen geen genoegen nemen met een religie die statisch is. Natuurlijk moeten Gods werken niet als bewijs fungeren zodat we kunnen geloven, maar wij moeten geloven in het feit dat God vandaag ook wil werken. We moeten niet tevreden zijn met wat woorden, we moeten in geloof juist verlangen naar Zijn daden.

Alle reformatorische haren die nu rechtop gaan staan moeten begrijpen dat dit geen godslastering is. Ja het is godslastering als we van God gaan eisen, want we hebben geen enkel recht op ook maar iets van Gods liefde. Ja het is niet de juiste weg als we pas gaan geloven als we een wonder zien. Maar dat betekent niet dat wij vandaag de dag niet mogen geloven in een wonder van God.

Want het was Gods genade die Paulus daar riep en het is Gods genade die ons vandaag ook roept om vol geloof tot Hem te bidden. God is niet statisch, God maakt vandaag nog steeds keuzes om zichzelf te openbaren in het leven van mensen. En dat geloof moeten wij hebben, die verwachting moet in ons leven. Want zolang wij deze hoop niet hebben, is er niet dat stukje geloof in ons hart om ook maar iets van Gods werk te kunnen zien in ons leven.

This entry was posted in 44 Handelingen. Bookmark the permalink.