Het zalige leven

2 Timotheus 1

8 Schaam u dan niet voor het getuigenis van onze Heere, en ook niet voor mij, Zijn gevangene, maar lijd met mij verdrukking om het Evangelie, overeenkomstig de kracht van God. 9 Hij heeft ons zalig gemaakt en geroepen met een heilige roeping, niet overeenkomstig onze werken, maar overeenkomstig Zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus vóór de tijden der eeuwen, 10 maar nu is geopenbaard door de verschijning van onze Zaligmaker, Jezus Christus, Die de dood tenietgedaan heeft, en het leven en de onvergankelijkheid aan het licht gebracht door het Evangelie, 11 waarvoor ik aangesteld ben als prediker, apostel en leraar van de heidenen. (2 Timotheus 1:8-11)

Niets weegt op tegen de heerlijke boodschap van het evangelie. In de vorige overdenking hebben we kunnen lezen dat er geen reden is om ons te schamen voor het evangelie en Paulus helpt ons daarbij door ons te wijzen op wat God doet en heeft gedaan. Als wij onze ogen op het heerlijke werk van Jezus richten dan valt elke reden van schaamte van ons af.

Als we deze verzen gebruiken om na te denken over Gods hart, Zijn verlangen en Zijn werken, komen we op een hele mooie plek. God heeft ons namelijk zalig gemaakt en geroepen met een heilige roeping. Hij heeft iets van ons gemaakt dat we niet waren en we zelf ook nooit konden bereiken en daarna heeft Hij ons in die positie een taak gegeven die boven alles uitstijgt, die heilig is.

We moeten kijken naar het leven van Jezus en de kracht waarin Hij wandelde. Soms kijken we een beetje teveel naar de wonderen en tekenen die Hij heeft gedaan, maar als we daarachter kijken, zien we een mens die zalig was. Dan moeten we denken aan al het onderwijs dat Hij aan Zijn discipelen gaf, want dat is het zalige leven waarin hijzelf ook wandelde.

En dat zalige leven van Jezus heeft de dood overwonnen en dat is het leven dat God ook aan ons gegeven heeft. En in dat leven hebben we een heilige roeping ontvangen, een taak die we alleen kunnen volbrengen als we in die zaligheid van Jezus wandelen. Dit is het hele verlangen van God al die tijd geweest, mensen die in dit nieuwe zalige leven wandelen en van daaruit Hem dienen.

Jezus heeft het gebracht, Hij heeft de onvergankelijkheid geopenbaard, het is mogelijk, het is een werkelijkheid dat wij vandaag de dag mogen ervaren. En daar ga we ons niet voor schamen, dat is iets om te omarmen en niet meer los te laten. Dat is het Koninkrijk van God dat wij blijven zoeken in ons leven en niet meer opgeven. En dat moet ons verlangen zijn, juist vandaag.

This entry was posted in 55 2 Timotheus. Bookmark the permalink.